BELANGRIJKSTE FIETEN OVER RIETEN DAKEN
1. Rieten daken zijn minder brandgevaarlijk dan "gewone daken".
2. Rieten daken zijn een goede investering in de waarde van de woning
3. Huizen met rieten daken verkopen gemiddeld 25% sneller dan gewone daken.
4. De isolatiewaarde van rieten daken is erg hoog en kunnen extra premie krijgen.
5. Momenteel zijn er aanbieding met 45% korting
6. U kunt ook gratis aanvragen indienen over ontmossen, vernieuwen, tuinhuisjes etc.
7. In 93% van de gevallen regelen wij de beste prijzen en condities.
8. Vraag nu Gratis uw beste prijzen en condities aan!!



Rieten Daken: het riet
Een rieten dak wordt gemaakt van eenjarig riet. Meerjarig riet is hiervoor niet geschikt. Na verloop van tijd verweert het bovenste riet en soms komen er algen op. Worden deze algen niet bestreden dan gaat er ook mos op groeien, dat handmatig moet worden verwijderd. Hierna moet het riet weer worden aangeklopt. Wordt het mos niet verwijderd dan heeft dit een sterk negatieve invloed op de levensduur van het dak. Om te voorkomen dat vogels het riet langs de nok lostrekken is daar soms nog een strook fijnmazig kopergaas (of gegalvaniseerd dan wel geplastificeerd kuikengaas) over het riet heen gespannen.
Riet wordt al eeuwenlang als dakbedekking gebruikt vooral bij steile daken van 45 graden of meer. Was het vroeger naast stro en heideplaggen de goedkoopste dakbedekking, tegenwoordig wordt het vooral toegepast bij exclusieve huizen. Daarnaast vindt vervanging van versleten rieten dakbedekking van oude bouwwerken, vaak boerenwoningen of molens, plaats. Daken zijn soms gedeeltelijk uit riet (het steile gedeelte) en gedeeltelijk uit dakpannen (het meer platte gedeelte) en deze dakpannen dan in natuurrood gestookt en/of blauwduifgrijs gesmoord.
Rieten dakdekken
Het dekken van rieten of strooien daken is een gespecialiseerd veelal zelfstandig beroep. De huidige riet- en strodekkers doen niets anders, maar vroeger waren zij naast rietsnijder en rietbinder ook nog riethandelaar en in de herfst of winter ook wel klompenmaker of deden slagerswerkzaamheden, er was immers niet het gehele jaar werk voor de traditionele riet- of strodekkers. En zo er al wel voldoende werk was, was er voor hen weer het probleem van onvoldoende dakriet van gewenste goede kwaliteit.
Niet al het riet is even geschikt. Het kwalitatief goede riet, dakdekkersriet, is droog, niet verspocht (door vocht zacht en vergaan) en heeft een stengeldiameter van 5 tot 8 mm. Bij deze variatie in dikten 'ademt' het meer en slaat het minder gauw dicht. Ook uit de Camargue, Hongarije, Oostenrijk, Roemenië, Turkije en Polen haalt men riet. Zowel goed als slecht dakdekkersriet kan overal vandaan komen. Ook vanuit China wordt sinds 2005 in zeecontainers gesorteerd dakriet geïmporteerd. Van het gebruikte riet is 35% afkomstig uit Nederland. Een goed dak moet wel 25 jaar meegaan, maar daken van 40 jaar oud zijn geen uitzondering, mits ook kwalitatief goed gesorteerd dakriet gebruikt wordt.
Het rieten dak moet daarnaast voldoende afschot hebben en de rietbedekking een voldoende dikte (28 tot 30 cm), om geen water door te laten. Het dak moet minimaal een hoek van 30 graden hebben bij een maximale lengte van ongeveer 2,5 meter. De levensduur van een rieten dak hangt niet alleen af van de kwaliteit van het dekriet, maar ook van de hellingshoek en de lengte van het rieten dak. Deze is bij 25 graden tot 15 jaar, 30 graden 10-20 jaar, 45 graden 25-45 jaar en 50 graden 35 jaar en langer. Een iets vlakkere helling kan dus op de korte dakkapellen worden toegepast.
Brandgevaar
Brandverzekering voor panden met een "open" of traditioneel rieten dak kost meer dan bij een hard dak. Bij rieten daken gedekt volgens het vrij nieuwe "gesloten"-daksysteem (dit is een beplaat dak met steenwol platen die het dak van binnenuit weert tegen brand) al of niet met spouw is de premie vergelijkbaar met een pannendak. Echter aan deze constructie kleven nadelen zoals minder snelle droging. Daarom is het bij een riet- of weekdak volgens het gesloten deksysteem van groot belang voor voldoende ventilatie te zorgen; dit geldt met name voor het dakriet en de nokafwerking. De gebruikte materialen moeten droog kunnen waaien anders wordt het dakmateriaal door damp-, vochttoevoer van binnenuit door en doornat en ontstaat verrotting en kapotvriezen. Geldt ook bij harde daken waar grote ventilatiepannen moeten worden aangebracht. Tijdens het dekken ook met dekzeilen zorgen dat er geen vocht tussen het dakbeschot en het rietpakket komt. Het rieten dak wordt soms voorzien van bliksemafleiders, ook zijn er brandpreventie-installaties verkrijgbaar die bij branduitbraak het dak van buiten nathouden.
Het rietdekken
Vooral na 1995 komt voor- en vooral op aandringen en promoten door een bureau van Rietdekkerspatroons, Vakfederatie - om in plaats van een vertrouwd traditioneel "open" dak, het riet direct op het dakbeschot en/of op platen vast te schroeven. Het riet wordt dan aan de binnenkant afgedekt, "gesloten": dit is een geheel nieuwerwetse gesloten constructie. Een gesloten én geschroefd dak. Het is wel minder brandgevaarlijk dan het traditioneel "open" gedekte dak (afwezigheid van luchtspouw) en ook minder tocht en stof. Echter een traditioneel "open dak" droogt ook van binnen, van de spouwzijde uit en is daardoor veel duurzamer dan een "gesloten dak" zonder luchtspouw dat alleen van buitenaf kan drogen. Zie begrip koud en warm daken. Waarschijnlijk het best is dan toch een combinatie van beide dat wil zeggen door na het dakbeschot of de beplating toch weer een extra open spouw aan te brengen. Dit wordt naast kwalitatief goed riet, sterk aanbevolen door rietdekkers van de Stichting "Het Traditionele Rieten Dak" (HTRD). Door damptransport van binnen naar buiten kunnen riet en rietvorsten immers echt door en door nat worden waardoor dan grote problemen ontstaan. Het riet en de vorst moeten immers wel kunnen droogwaaien. Voor houvast op het rieten dak maakt de HTRD-rietdekker wel gebruik van rietdekstoelen en dwarsbomen. De rietdekstoel heeft pinnen waardoor deze vast op het riet
Het weke dak
Het riet wordt ondersteund door een dakconstructie bestaande uit spanten, waarover gordingen of flieringen zijn aangebracht. Hierop worden sparren (rondhout) of sporen (rechthoekig) bevestigd, deze lopen van nok tot het ondereinde van het dakvlak, hierover worden horizontaal de rietlatten aangebracht, met een onderlinge afstand van ongeveer 28 centimeter, waarop ten slotte het riet wordt aangebracht. Voor het vastmaken aan de rietlatten wordt een grote kromme naald, een twijgijzer gebruikt, waarmee het twijg of ijzerdraad "om de rietlat" gestoken kan worden. In plaats van een twijgijzer, Gelderse methode gebruikt men ook wel in combinatie een Goot en Naald. Het binddraad kan ook geschroefd worden "in de rietlat": dus hoewel geschroefd toch een traditioneel of open dak. Het riet op het dak wordt vervolgens met een klopper of drijfbord netjes gelijk gemaakt. De nok van het dak wordt al eeuwenlang bedekt met grote boogvormige nok- of vorstpannen z.g. rietvorsten die al of niet met kneedbare dakmortel en/of met een kalkrijke basterdmortel specie worden vastgezet. Er zijn drie fabricaten van keramische nokvorsten speciaal voor rieten daken, kortweg rietvorsten genoemd: Bourgondische, Friese en Rijnlandse rietvorsten, alle met min of meer dezelfde afmetingen 660x235x210 mm. Het meest bekend zijn die in de traditionele kleuren natuurrood gestookt en blauwig duifgrijs gesmoord. De nok van een rieten dak is kwetsbaar en daarom wordt die behalve in riet en rietvorsten ook wel uitgevoerd in heideplaggen, zink of koper. In Normandië komt een fraaie bloemenvorst voor: een bed van klei (vermengd met strohaksel) beplant met bloemen als iris, vetplanten, daklook e.d. waarvan de wortels zich vastzetten in de klei en in het riet.